28 juli 2022
Zo geeft de Commissie vorm aan opvolger Horizon Europe
Joep Roet
Plaatsvervangend directeur
Stel uw vraag
Meer informatie nodig? Stel uw vraag aan één van onze medewerkers
28 juli 2022
Plaatsvervangend directeur
Meer informatie nodig? Stel uw vraag aan één van onze medewerkers
Hoewel Horizon Europe amper anderhalf jaar loopt, denkt Brussel alweer na over het volgende programma vanaf 2028. Neth-ER bekijkt wat we al weten en schetst de stappen waarmee de Commissie een Kaderprogramma vormgeeft, waaronder evaluaties, studies en een expertgroep. De eerstvolgende mogelijkheid voor input uit het veld? Een consultatie eind 2022, die tot ver in de jaren '30 het beleid zal bepalen.
Het lijkt nog zo vroeg: Horizon Europe startte in april 2021 en sommige Horizon 2020-projecten zijn amper een half jaar bezig. Toch kijkt Brussel al met één oog naar de toekomst en is de Commissie begonnen met de voorbereidingen voor het volgende Europese onderzoeks- & innovatieprogramma. Dat 10e Kaderprogramma begint in 2028, nadat Horizon Europe op 31 december 2027 ten einde komt.
De Brusselse besluitvorming over de programma’s volgt normaal gesproken een vaste cyclus van ongeveer 15 jaar. Het Kaderprogramma zelf heeft een looptijd van zeven jaar en gaat gelijk op met de Europese meerjarenbegroting (MFK). Zo loopt Horizon Europe van 2021 tot en met 2027 en kunnen onderzoekers binnen die periode voorstellen indienen. Toch werken Europese beleidsmakers een stuk langer aan een programma. De voorbereiding start al enkele jaren tevoren, bijvoorbeeld door studies of gesprekken met het veld. Daarnaast dient de Commissie elk programma drie à vier jaar na afloop te evalueren. Al met al is de beleidscyclus dus een stuk langer dan de eigenlijke looptijd.
In hoofdlijnen ziet het traject tot 2028 er als volgt uit. De Commissie evalueert eerst het vorige programma, Horizon 2020. Daarnaast evalueert de Commissie de resultaten van Horizon Europe tot nog toe. Voor de evaluaties baseert de Commissie zich op input uit het veld en twaalf thematische studies. Vervolgens zal een expertgroep lessen trekken uit beide evaluaties, waarna de Commissie de blik volledig op het nieuwe programma richt. Uiteindelijk zal de Commissie een wetsvoorstel voor het 10e Kaderprogramma indienen, vermoedelijk in 2025, waarna de lidstaten en het Parlement een definitief akkoord moeten uitonderhandelen
De eerste stap is de zogenaamde ex-post evaluatie van Horizon 2020. Deze evaluatie heet zo, omdat zij plaatsvindt nadat het programma formeel afliep op 31 december 2020. De Commissie is verantwoordelijk voor de evaluatie, maar is daarvoor afhankelijk van input uit het veld. Daarom plant zij een uitgebreide publieke consultatie voor het vierde kwartaal van 2022. Het betreft een gerichte vragenlijst, die twaalf weken open zal staan. In juli was het mogelijk om al algemene input op te sturen. Naast de publieksconsultatie zal de Commissie belangenorganisaties gericht om hun mening vragen, waarbij de nadruk ligt op Europese koepels. Bovendien plant de Commissie in het tweede kwartaal van 2023 een groot online evenement om input op te halen. Uiterlijk eind 2023 zal de Commissie de evaluatie afronden in de vorm van een staff working document, wat in feite een intern verslag is dat publiek toegankelijk wordt gemaakt.
Parallel werkt de Commissie aan de tussentijdse evaluatie van Horizon Europe. Hiervoor wil de Commissie dezelfde input gebruiken als voor de ex-post evaluatie van Horizon 2020. De online consultatie en het evenement voor de zomer van 2023 bestrijken dus beide programma’s. De timing van de publicatie is wel anders: het eindrapport voor Horizon Europe is pas in het derde kwartaal van 2024 klaar. Dit stelt de Commissie in staat om een aantal ondersteunende studies af te ronden. Bovendien heeft het nieuwe programma dan meer resultaten opgeleverd, aangezien het nog maar net begonnen is.
De enkelvoudige consultatieronde voor beide programmaevaluaties is niet onomstreden. Volgens de Commissie is een gebundelde vragenlijst voor de twee programma’s makkelijker, omdat het veld dan slechts één consultatie hoeft in te vullen. Horizon 2020 en Horizon Europe lijken qua opbouw immers sterk op elkaar, en veel instrumenten gaan onder dezelfde naam door, zoals de European Research Council (ERC) of de Marie Skłodowska-Curie Acties (MSCA). De vraag is of dat terecht is: Horizon Europe is wel degelijk anders, en ook voor ERC en MSCA gelden nieuwe regels. Het risico bestaat dat de feedback voor de twee programma’s door elkaar zal lopen.
Naast de consultatie en het online evenement, maakt de Commissie voor de evaluatie gebruik van twaalf studies. Zeven hiervan gaan specifiek over horizontale elementen binnen Horizon 2020 en worden in de loop van 2022 afgerond:
Daarnaast gaan vijf studies over specifieke impactgebieden, die de evaluaties van Horizon 2020 én Horizon Europe ondersteunen. Deze worden in de loop van 2023 afgerond.
De evaluaties zijn juridisch verplicht en moeten aan een aantal voorwaarden voldoen. Zo moet de Commissie voor Horizon 2020 kijken naar de achtergrond, de uitvoering en de successen, evenals de effecten en duurzaamheid van de maatregelen op langere termijn. Ook moet de evaluatie de verspreiding en de benutting van onderzoeksresultaten in ogenschouw nemen. Voor Horizon Europe dient de Commissie de doeltreffendheid, efficiëntie, relevantie, samenhang en meerwaarde voor de Unie te beoordelen. Ook is een analyse van de portefeuille aan gefinancierde projecten noodzakelijk. Om de langetermijngevolgen in te schatten zijn er indicatoren bepaald voor de zogenaamde ‘kerneffecttrajecten’ (key impact pathways), namelijk wetenschappelijk, maatschappelijk en technologisch/economisch.
Als de evaluatierapporten af zijn, is een expertgroep aan de beurt. Deze groep met de voorlopige titel High Level Expert Group on the future of Horizon zal in de periode 2023-2024 de rapporten bekijken en lessen trekken voor toekomstige Europese onderzoeksfinanciering. Een vergelijkbare rol vervulde de Lamy-groep halverwege Horizon 2020. Hun rapport ‘Lab - Fab - App: Investing in the European future we want’ wees onder meer op de behoefte aan impact en innovatie, wat in Horizon Europe leidde tot respectievelijk de missies en de EIC. Hun aanbeveling om het budget te verdubbelen tot minstens 120 miljard euro – op grond van de lage slagingspercentages – werd integraal overgenomen door het Europees Parlement.
In 2025 volgen dan twee grote stappen. In de eerste plaats zal de Commissie zelf reflecteren op de resultaten van de evaluaties en de experts. Begin 2025 staat hierover een Mededeling op de agenda, die zal uitleggen welke veranderingen de Commissie wil doorvoeren in toekomstige Europese onderzoeksfinanciering. Daarnaast zal de Commissie in de tweede helft van 2025 een wetsvoorstel doen voor het nieuwe programma. Deze datum is niet verplicht, maar zou voldoende ruimte laten voor besluitvorming in het Parlement en de Raad. Het voorstel voor Horizon Europe verscheen ook 2,5 jaar voor inwerkingtreding.
De ervaring leert dat een aantal lessen mogelijk al zullen worden uitgetest in de tweede helft van Horizon Europe. Zo schoof Horizon 2020 in 2018 met een aantal potjes om een EIC-pilot mogelijk te maken – drie jaar voor de EIC echt begon. Bovendien leent het tweede strategisch plan zich daar uitstekend voor. Dit plan zet de inhoudelijk richting uit voor de laatste drie jaren van Horizon Europe en zal sowieso een aantal keuzes moeten maken. Zo moeten de Commissie en de lidstaten een afweging maken over aanvullende partnerschappen vanaf 2025. Ook moeten de Europese beleidsmakers bepalen welke missies in 2024 door mogen gaan. Ter voorbereiding van die besluiten moet de Commissie in 2023 ook hierover een evaluatie afronden.
De voorbereidingen voor het 10e Kaderprogramma zijn begonnen. Een startdatum in 2028 lijkt nog ver weg, maar de lessen die nu getrokken worden, werken direct door in toekomstige onderzoeksfinanciering. Dat maakt de consultatie feitelijk een drietrapsraket, die het veld een uitgelezen kans biedt voor beïnvloeding van:
Horizon Europe is het 9e Kaderprogramma voor onderzoek & innovatie. Het programma financiert excellente wetenschap, toepassingsgericht onderzoek en baanbrekende innovatie via een combinatie van instrumenten. Er is ook budget voor beleidsgerichte projecten, bijvoorbeeld rond open science, gendergelijkheid en mobiliteit van onderzoekers. Horizon Europe loopt van 2021 tot en met 2027. Voorganger Horizon 2020 liep van 2014 tot en met 2020.
Rapport Draghi: ‘Europa verzwakt door falende innovatiecapaciteit en schrijnend vaardighedentekort’
Invitation event: Regional innovation ecosystems in education & the impact of multi-stakeholder partnerships
Nieuwe Commissie: Wel een commissaris voor O&I, niet voor onderwijs
“In de Europese Pijler van Sociale rechten is het recht op onderwijs en training niet voor niets als eerste recht opgenomen”, Marit Maij (GL-PvdA)