In 2017 introduceerde de Europese Commissie het idee van missies in Horizon Europe als mogelijke strategie voor het verkrijgen van meer impact van de onderzoeksresultaten. De Commissie refereerde daarbij meermaals aan het succes van het gebruik van missies bij het Amerikaanse Defense Advanced Research Projects Agency (DARPA). Het systeem dat DARPA hanteert, heeft zeker elementen in zich waarvan de EU kan leren bij de implementatie van het Negende kaderprogramma voor onderzoek en innovatie. De vraag is alleen of het haalbaar is voor de Europese Commissie om een dergelijk systeem als DARPA op te zetten binnen de criteria die de Commissie zelf stelt aan missies? Dit editorial gaat dieper in op de organisatie van DARPA en wat de onderdelen zijn die de Commissie wél kan gebruiken voor Horizon Europe.


Belemmert EC het succes van eigen missies?

DARPA: van maanlanding tot Ipod

‘Een man op de maan’ was de eerste missie van het Amerikaanse Defense Advanced Research Projects Agency (DARPA). Deze missie was volbracht in 1969. DARPA werd opgericht in 1958 ten tijde van de Koude Oorlog nadat bekend werd dat de Sovjet Unie een satelliet in een baan om de aarde had gebracht en beschikte over intercontinentale raketten. Het agentschap had de taak om door middel van innovatieve technologieën de Verenigde Staten (VS) te beschermen tegen externe aanvallen en om de Sovjet Unie op technologisch vlak in te halen. DARPA is een compacte organisatie in dienst van de Amerikaanse Department of Defense.

 

Om haar doelen te bereiken, werkte DARPA met missies. Hierdoor kon de tijdlijn naar een bepaalde innovatie of technologie sterk worden verkort door de inspanningen op een scherp omschreven doel te focussen. Doordat DARPA de bureaucratische lasten zeer laag weet te houden, was en is het agentschap nog steeds toegankelijk voor innovatieve startups.

 

De strategie van DARPA is om voort te bouwen op technologische innovaties en deze te gebruiken voor specifieke doelen. Dit leidde in het verleden tot nieuwe ontdekkingen, zoals een microprocessor voor de iPod en de latere generatie SIRI voor de iPhone. Om dit soort van ontdekkingen te bereiken, investeert DARPA in technologische communities die vergelijkbaar zijn met de Europese Knowledge and Innovative Communities (KICs) van het European Institute of Innovation and Technology (EIT).

Centraal staan: DARPA’s programme managers

DARPA ontwikkelt missies op een bottom-up manier, via de zogenoemde programme managers. Deze functionarissen zijn gekozen vanwege hun eerdere carrière en connecties met de academische en industriële wereld. De managers kunnen zelf bepalen welke ‘missie’ ze willen volbrengen, mits dit maar binnen hun portfolio valt. Volgens DARPA is het belangrijk om één persoon aan de leiding te hebben, omdat dit leidt tot meer extreme ideeën. DARPA heeft dan ook een ‘high risk - high reward’-mentaliteit. De missies hebben een termijn van drie tot vijf jaar om de creativiteit binnen de organisatie te focussen en door te laten stromen.

 

Vanwege het feit dat DARPA onderdeel is van de defensie, werken de programma-managers volledig ‘achter gesloten deuren’. Dit betekent dat er geen publieke bemoeienis is met de keuze en uitvoering van missies. Mocht gedurende het proces duidelijk worden dat een missie niet de verwachte voortgang boekt, dan kan een manager besluiten de missie te stoppen. Hierdoor kan er snel met financiële middelen worden geschoven naar een andere missie die meer kans van slagen heeft. Flexibiliteit is binnen DARPA dus essentieel.

Is de EU te politiek voor het beleid van DARPA?

Hoewel het systeem dat DARPA hanteert zeker een bron van inspiratie kan zijn voor de uitvoering van missies binnen Horizon Europe, is de werkwijze van DARPA niet een-op-een over te nemen. DARPA is een zeer compact, flexibel agentschap, dat achter gesloten deuren handelt terwijl de EU juist transparantie en grote publieke betrokkenheid hoog in het vaandel heeft staan. Daarnaast moeten de missies die de Europese Commissie voor ogen heeft aan vijf criteria voldoen. Zo moet een missie:

  1. in staat zijn een breed publiek te betrekken en aansluiten bij wat er speelt in het hedendaags maatschappelijk debat;
  2. een duidelijke termijn hebben, evenals een tastbaar en duidelijk omschreven en meetbaar doel;
  3. ambitieus en haalbaar zijn en de gehele innovatieketen betrekken bij het bereiken van het doel;
  4. multidisciplinair en cross-sectoraal zijn en private actoren uitnodigen om te investeren;
  5. duidelijk zijn over de verwachte uitkomsten, waarbij wel meerdere bottom-up oplossingen denkbaar zijn.

Door deze criteria zal het onmogelijk zijn voor de Europese Commissie om het complete model van DARPA te kopiëren om een aantal redenen. Ten eerste betrekt DARPA absoluut geen publiek bij haar projecten. Het is immers een defensie-instrument. Dat betekent dat bij een missie van DARPA geen private actoren getriggerd zullen worden om te investeren, omdat het onderzoek voor een missie geheel achter gesloten deuren plaatsvindt. Ten tweede heeft DARPA ervoor gekozen om slechts één persoon verantwoordelijk te maken bij de uitvoering van een missie. Dit omdat het leidt tot meer ambitieuze doelstellingen garandeert. De Commissie stelt voor om mission boards en mission managers verantwoordelijk te maken voor de implementatie van de missies. Volgens het systeem van DARPA leidt dat juist tot minder creativiteit en ambitieuze doelstellingen. Het grootste probleem bij de uitvoering van missies voor Europa zal echter liggen bij de flexibiliteit. Bij DARPA kan relatief gemakkelijk worden bepaald om een missie te stoppen. Een dergelijk besluit bij de Europese missies zal sterk bemoeilijkt worden door de Europese besluitvorming door lidstaten en andere stakeholders die bij een missie betrokken zijn. Elke partij zal eigen belangen hebben om een missie te beëindigen of juist voort te zetten.

 

Kortom de criteria waaraan de Europese missies moeten voldoen in termen van ambitie, haalbaarheid, tijdsduur en zichtbaarheid voor en betrokkenheid van de buitenwereld, zullen belemmerend werken bij de uitvoering van deze missies.

 

Is er dan helemaal niets wat de Commissie kan leren van DARPA? Natuurlijk wel. Ten eerste kan het missiebeleid in het algemeen worden overgenomen: werken naar een scherp omschreven doel zoals de ‘man op de maan’ kan sterke focus geven aan onderzoek en de impact vergroten. Daarnaast lijken de communities die DARPA gebruikt sterk op de KICs die al gebruikt worden vanuit het EIT. Het zou slim zijn om hierop voort te borduren. Tot slot is het mogelijk voor de EU om de mission boards beperkte termijnen te bieden en duidelijke mijlpalen te laten definiëren om een missie efficiënt te kunnen evalueren. Met betrekking tot de precieze bijdrage van de mission managers naast de mission boards is nog veel onduidelijk; stof tot nadenken dus.

Context

De EU wil een deel van het budget van Horizon Europe (KP9) gebruiken voor de introductie van een missiebeleid. Dit moet zorgen voor meer impact, investeringen en het verkorten van de tijdlijn richting een oplossing. De missies zullen voornamelijk gefinancierd worden vanuit de Global Challenges and Industrial Competitiveness-pijler. Om invulling te geven aan het missiebeleid heeft de Europese Commissie Mariana Mazzucato aangesteld als speciaal adviseur. Zij heeft vijf criteria opgesteld voor missies en de Commissie voegde er daar nog één aan toe, namelijk Europese toegevoegde waarde. Mazzucato refereert in haar publicaties regelmatig naar de Defense Advanced Research Projects Agency (DARPA) als voorbeeld voor de EU.

 

Door: Felix van den Broeck