Het Europees Parlement wil het Erasmus-budget verdriedubbelen en wil het programma toegankelijker maken voor studenten die minder kansen hebben. Dat is vandaag besloten tijdens de plenaire vergadering, waarin de officiële positie van het Parlement is aangenomen over de opvolger van Erasmus+.


Europees Parlement zet in op verdriedubbeling budget Erasmus

Meer geld om minder kansrijke jongeren de gelegenheid te geven om deel te nemen

Het budget van het Erasmus-programma voor de periode 2021-2027 moet verdrievoudigd worden. Ook moet het programma meer aandacht geven aan studenten die nu minder kansen hebben om deel te nemen. Dit zal de inzet van het Europees Parlement zijn tijdens de komende onderhandelingen met de Raad over de opvolger van Erasmus+. De positie van het Parlement werd vorige maand goedgekeurd op commissie-niveau en is nu ook plenair aangenomen. Een groter budget zal ervoor kunnen zorgen dat beurzen beter aansluiten bij de behoeftes van studenten die nu minder mogelijkheden hebben om aan het programma deel te nemen. Het Parlement wil met het nieuwe programma sociale, economische en culturele barrières wegnemen. 

EC en nationale contactpunten moeten maatregelen opstellen voor betere inclusie

Het Parlement stelt voor dat de Europese Commissie en de nationale contactpunten nieuwe maatregelen nemen voor meer inclusie. Zo dient een Europese kader voor inclusie te worden ontwikkeld en moeten nationale strategieën worden opgesteld die het mogelijk maken om minder kansrijke jongeren deel te laten nemen aan mobiliteitsprojecten. Bijvoorbeeld door het bieden van meer financiële ondersteuning en het aanpassen van de beurs aan de hand van de levenskosten, maar ook door administratieve hulp en taallessen aan te bieden.

Over het rapport

In oktober 2018 presenteerde Europarlementariër Milan Zver, rapporteur voor het Parlement, een conceptrapport voor Erasmus 2021-2027, waarin veel aandacht wordt geschonken aan het verbeteren van de inclusie in het toekomstige programma. Tijdens de plenaire vergadering van het Europees Parlement is dit rapport besproken en hebben de leden van het Parlement officieel een positie ingenomen. Dit vormt de onderhandelingspositie van het Parlement in de komende triloog met de Raad. Het uiteindelijke rapport zal in de volgende parlementaire zittingsperiode onderhandeld en aangenomen worden.