Meer mensen moeten gebruik kunnen maken van het nieuwe Erasmus. Dat stelt de Europese Commissie in haar voorstel over de inhoud van het programma voor de periode 2021-2027. Ook wordt er een DiscoverEU-programma opgezet en meer gefocust op hechtere samenwerking tussen onderwijsinstellingen.

Erasmus na 2020: meer mensen moeten kunnen profiteren van programma

Erasmus programma wordt uitgebreid

Vanaf 2021 moeten meer mensen gebruik kunnen maken van Erasmus. Dat is het standpunt van de Europese Commissie in haar voorstel voor Erasmus na 2020. Met een voorgesteld budget van 30 miljard is het de bedoeling dat 12 miljoen mensen gebruik kunnen maken van het programma. In het nieuwe programma krijgen ook kansarmere studenten betere mogelijkheden om mee te doen, bijvoorbeeld via virtuele uitwisselingen of kortere perioden in het buitenland. Daarnaast komen er meer mogelijkheden voor mbo-studenten om in het nieuwe programma te participeren, zo kunnen zij straks ook buiten Europa op uitwisseling. Om de administratieve lasten voor studenten te verlagen worden online formulieren geïntroduceerd. De structuur van het programma en de drie Key Actions zijn nagenoeg gelijk gebleven in het nieuwe voorstel, echter is de naam veranderd van Erasmus+ naar Erasmus.

Hechtere samenwerking tussen onderwijsinstellingen

Verder wil de Commissie samenwerking tussen Europese onderwijsinstellingen uit verschillende lidstaten stimuleren om de kwaliteit en prestaties van de instellingen te verbeteren door de introductie van nieuwe type partnerschappen onder Key Action 2 van Erasmus. Een voorbeeld hiervan zijn de ‘Europese universiteiten’: bottom-up netwerken van hoger onderwijsinstellingen uit verschillende lidstaten. Deze moeten fungeren als rolmodel voor andere universiteiten uit de EU, waarbij de nadruk ligt op open studieprogramma’s en mobiliteit van studenten. Daarnaast wil de Commissie de ontwikkeling van ‘Centres of Vocational Excellence’ faciliteren. Deze centra moeten resulteren in partnerschappen tussen beroepsonderwijsinstellingen en regionale ontwikkeling stimuleren.

700 miljoen voor DiscoverEU

Ook zal het DiscoverEU-programma onder Key Action 1 worden opgezet. Het krijgt een budget van 700 miljoen euro waarmee de EU anderhalf miljoen Europese 18-jarigen wil laten rondreizen met de trein door Europa.

Reactie EUA

De European University Association (EUA) beschouwt de voorgenomen verdubbeling van het budget als een stap in de goede richting, maar niet toereikend genoeg. De nieuwe beleidsdoelstellingen vragen om een passend budget. Daarnaast is EUA van mening dat concrete acties met voldoende budget benodigd zijn om de ambities voor sociale inclusie en gelijkheid waar te maken. Ten slotte is de EUA verheugd met de verruimde mogelijkheden voor derde landen om mee te doen: hierdoor zal het Verenigd Koninkrijk na Brexit nog kunnen deelnemen aan het programma.  

Reactie CESAER

CESAER verwelkomt in een statement de focus van Erasmus op Science, Technology, Engineering and Mathematics (STEM). Ook is de organisatie blij met de voorgestelde openheid van het programma voor wereldwijde partners door middel van het verruimen van de mogelijkheden voor associatie van derde landen. CESAER is wel benieuwd naar de gedetailleerde invulling van het budget voor internationale samenwerking. Daarnaast pleit de organisatie voor een bedrag van 40 miljard euro voor Erasmus, zodat aan de behoeftes voor institutionele ontwikkeling voldaan kan worden en om tegemoet te komen aan de groeiende vraag voor mobiliteit van met name studenten uit achtergestelde groepen en uit minder welvarende landen.

Reactie Eurochambres

Eurochambres is een voorstander van het verhogen van het budget van het programma naar 30 miljard, maar dan moet er wel rigoureuze simplificatie doorgevoerd worden. Ook vindt Eurochambres dat de stijging van het budget voor de mbo-sector daadwerkelijk ten goede moet komen aan de begunstigden. Zo moeten er bijvoorbeeld op grote schaal campagnes worden opgezet om het bereik van Erasmus bij mbo-studenten te vergroten en hen te informeren over de mogelijkheden van het programma. Ook heeft Eurochambres vragen over hoe de Centres of vocational excellence gaan opereren en wat het precieze doel is. 

Reactie UEAPME

Erasmus moet meer financiële mogelijkheden bieden om mbo-studenten voor te bereiden op een periode in het buitenland, aldus de European Association of Craft, Small and Medium-sized Enterprises (UEAPME). UEAPME stelt in een position paper dat taallessen en interculturele training hiervoor moeten zorgen. In het bijzonder steunt UEAPME het idee om Centres of vocational excellence op te zetten. Ook verwelkomt UEAPME de verdubbeling van het budget voor Erasmus, de vergrote toegankelijkheid van het programma voor kleinere organisaties en de continuïteit van de huidige Key Actions.

Reactie Lifelong Learning Platform

Het Lifelong Learning Platform (LLLP) is verheugd dat leven lang leren benadrukt wordt in het voorstel, maar mist nog een concrete invulling van de manier waarop dit in de praktijk wordt gebracht. Dit meldt zij in een statement. LLLP stelt voor dit te verbeteren door in te zetten op samenwerking tussen verschillende sectoren, zoals formele, non-formele en informele leeromgevingen. Ook zijn er concretere mechanismen nodig voor leermogelijkheden voor kansarmen. Daarnaast wil LLLP dat het programma Erasmus+ blijft heten om de zichtbaarheid van de verschillende programma’s te verzekeren. Daarentegen verwelkomt LLLP de verdubbeling van het budget en de nieuwe mogelijkheden voor kleinschalige partnerschappen. 

Reactie The Guild

Erasmus moet de kwaliteit van mobiliteitservaringen versterken en mobiliteit faciliteren voor zoveel mogelijk mensen. Dat stelt The Guild in haar statement, waarin het aanbevelingen doet voor de onderhandelingen voor het nieuwe programma. The Guild moedigt flexibelere formats voor mobiliteit aan, bijvoorbeeld door middel van kortere mobiliteitsperiodes, zodat het programma inclusiever wordt. Daarnaast raadt The Guild aan om flexibelere mobiliteitseisen te stellen en nieuwe synergieën met bijvoorbeeld Horizon Europe aan te gaan, om samenwerkingsactiviteiten op het gebied van onderwijs, onderzoek en innovatie te stimuleren. 

Reactie ECIU

Het nieuwe Erasmusprogramma moet flexibeler, internationaler en gebruiksvriendelijker, vindt het European Consortium of Innovative Universities (ECIU). Daarvoor is wel een minimumbudget van 90 miljard euro nodig – drie keer het voorstel van de Commissie. Flexibele vormen van mobiliteit stellen meer mensen in staat deel te nemen aan het programma, bijvoorbeeld door korte periodes, flexibele stages, virtuele mobiliteit en kleinschalige projecten zoals bilaterale uitwisseling van personeel. ECIU verwelkomt het idee van de Commissie om Erasmus internationaler te maken en wil dit ondersteunen met behulp van transnationale consortia die uitwisselingen kunnen coördineren, wat nu alleen nationaal kan. ECIU ondersteunt ook het creëren van European Universities. Ten slotte kan het programma gebruiksvriendelijker worden door digitalisering van onder meer het selectieproces en de Europese studentenkaart.

Context

Van 2014 tot en met 2020 bedraagt het budget voor Erasmus 14,7 miljard euro, maar vanwege het succes van het programma was er veel animo bij lidstaten en de EU-instellingen om het budget te verhogen in de volgende programmaperiode. Het voorstel voor het gehele financieel meerjarig kader (MFK) werd eerder al gepresenteerd, waarin de Commissie voorstelt 30 miljard te investeren in Erasmus tussen 2021 en 2027. Eerder al kwam uit de tussentijdse evaluatie van Erasmus onder andere naar voren dat er meer kansen voor mbo-studenten en kansarme jongeren moeten komen binnen het programma.

Deze publicatie van het voorstel geeft het startschot voor de onderhandelingen met het Parlement en de Raad over de toekomst van Erasmus. Deze onderhandelingen zullen parallel gevoerd worden met de onderhandelingen over het MFK.