Het ontwikkelen en uitwisselen van kennis is een van drie pijlers van de Urban Agenda for Europe. Dit werd vastgelegd in het Pact van Amsterdam over de Urban Agenda, dat op 30 mei ondertekend werd door de Europese ministers verantwoordelijk voor stedelijke ontwikkeling. De Urban Agenda moet er volgens het Pact voor zorgen dat wetgeving, financiering en beleid aansluit bij de realiteit van stedelijke gebieden.


Pact van Amsterdam: volgende stap voor Urban Agenda

Meer kennis, meer uitwisseling

De Urban Agenda moet bijdragen aan het vergroten van de kennis over de positie van de steden in Europa, met inbegrip van aandacht voor de implicaties van EU-beleid op het niveau van de stedelijke gebieden. Ook zou de agenda het delen van kennis en best practices moeten faciliteren. Dit is een van de afspraken in het Pact van Amsterdam, dat werd ondertekend door de Europese ministers verantwoordelijk voor stedelijke ontwikkeling. De ministers stellen dat betrouwbare informatie belangrijk is om de diversiteit van structuren en taken van stedelijke autoriteiten inzichtelijk te maken. De betrouwbaarheid van informatie is ook van belang bij beleidsvorming en het zoeken naar oplossingen voor stedelijke vraagstukken. De ministers nodigen Europese kennisinstellingen uit om een adviserende rol zouden kunnen spelen bij het implementeren van de Urban Agenda.

Passende wetgeving en financiering

Het uitgangspunt van de Urban Agenda is dat bestaand en toekomstig beleid, wetgeving en financiering binnen de Europese Unie ook geschikt moet zijn voor verstedelijkte gebieden. Dit zou gerealiseerd moeten worden door drie pijlers van het Pact van Amsterdam. De een van de pijlers is de bovengenoemde inzet op kennisontwikkeling- en deling. De andere twee pijlers zijn het vormgeven van wetgeving en het ontwikkelen van financieringsmogelijkheden, onder andere uit de Europese structuurfondsen, die aansluiten bij de stedelijke realiteit.

Urban Agenda

Het Pact van Amsterdam werd getekend tijdens een informele conferentie van de Europese ministers verantwoordelijk voor stedelijke ontwikkeling in het kader van het Nederlands voorzitterschap. Het is de bedoeling dat de Raad van Algemene Zaken op 24 juni 2016 instemt met de afspraken en aanbevelingen in het Pact. Het Pact is een vervolg op de Verklaring van Riga uit 2015. Met deze twee verklaringen onderstrepen de lidstaten het belang van de Urban Agenda. De Commissie doet dat ook, onder meer via de Urban Innovation Actions, waarop steden jaarlijks kunnen inschrijven. Ook het Parlement heeft haar steun uitgesproken voor een Europese Urban Agenda. De agenda wordt niet geleid door de Europese Commissie noch door de lidstaten, maar is een bottom-up aanpak door steden, lidstaten, de Europese Commissie en andere relevante stakeholders.