Het derde EU-gezondheidsprogramma vergroot het vermogen van lidstaten om adequaat te reageren op virusuitbraken zoals Ebola. Dit is één van de successen die blijkt uit de mid-term evaluatie van de Europese Commissie. Bovendien hebben de acties van het derde gezondheidsprogramma veel Europese toegevoegde waarde.

Evaluatie derde EU-gezondheidsprogramma overwegend positief

Derde gezondheidsprogramma boekt belangrijke resultaten

Het derde EU-gezondheidsprogramma heeft eraan bijgedragen dat EU-lidstaten adequaat konden reageren op virusuitbraken zoals Ebola en Zika. Dit blijkt uit de mid-term evaluatie van het derde EU-gezondheidsprogramma 2014-2020 van de Europese Commissie. Ook heeft het programma de komst van 24 European Reference Networks (ERNs) gefaciliteerd, die kennisdeling over- en coördinatie van behandelingen voor zeldzame ziekten bevorderen. Bovendien heeft het programma bijgedragen aan het Europese migratiebeleid door gezondheidszorg voor migranten toegankelijker te maken. Tot slot voorziet het programma in de training van gezondheidsprofessionals.

Evaluatie en vervolg van het derde gezondheidsprogramma

De acties die het programma uitvoert hebben grote Europese toegevoegde waarde, zo blijkt uit de evaluatie. Bovendien heeft simplificatie van het programma gezorgd voor meer efficiëntie, maar er is nog wel behoefte aan betere monitoring en meer verspreiding van de resultaten. De eerder vastgestelde prioriteiten blijven relevant voor de rest van de programmaperiode. De Commissie adviseert voor deze periode in te blijven zetten op de Europees toegevoegde waarde en samenwerking en synergieën met andere EU-financieringsinstrumenten te bevorderen.

Context

Het derde gezondheidsprogramma 2014-2020 is een instrument van de Europese Commissie voor de uitvoering van de gezondheidsstrategie van de EU. De mid-term evaluatie evalueert de eerste drie jaren van het programma. De evaluatie zal gebruikt worden om de implementatie van het gezondheidsprogramma in 2018-2020 te verbeteren en informatie verschaffen voor het nieuwe programma na 2020. Nederland is onder andere zeer actief in de European Reference Networks: vijf ERNs hebben een Nederlandse coördinator.