De Nederlandse regering moet in samenspraak met het onderwijsveld een strategische agenda opstellen voor Europees onderwijsbeleid. Dat adviseert de Onderwijsraad. Zij ziet een toenemende invloed van Europees onderwijsbeleid op het Nederlands onderwijssysteem die tot een pro-actievere houding noopt. Een routekaart richting het EU-voorzitterschap van de Raad in 2029 kan de invloed van Nederland op nieuwe initiatieven en Europese samenwerking vergroten.


‘Afwachtende houding regering ten aanzien van EU-onderwijsbeleid niet langer passend’

Onderwijsraad wil serieus Europees onderwijsbeleid  

De Nederlandse regering moet serieus werk gaan maken van Europees onderwijsbeleid. Dat stelt de Onderwijsraad in het advies ‘Actief in Europa’. Het Europese onderwijsbeleid heeft de afgelopen decennia steeds meer invloed gekregen op de Nederlandse onderwijspraktijk en daarom is er een strategische agenda nodig vanuit Nederland om voor te sorteren op Europese ontwikkelingen. De Onderwijsraad adviseert de regering in samenspraak met het onderwijsveld te zorgen voor een agenda die duidelijkheid biedt over de Nederlandse doelstellingen en ambities ten aanzien van het Europese onderwijsbeleid. Zo kan Nederland anticiperen op kansen en risico's en helpen de onderwijskwaliteit in andere EU-lidstaten te vergroten.

Routekaart richting EU-voorzitterschap 

De Onderwijsraad stelt voor een routekaart richting het EU-voorzitterschap van Nederland in 2029 op te stellen, die de strategische besluitvormingsmomenten van de EU in kaart brengt. De Onderwijsraad ziet dat het huidige strategische EU-kader voor onderwijs in 2030 afloopt. In de jaren ervoor, waaronder tijdens het Nederlands voorzittershap, zal het nieuwe kader voor 2040 gestalte krijgen. Een routekaart kan helpen de Nederlandse inbreng zorgvuldig voor te bereiden in de jaren tot aan 2029 en daarna.

Actieve betrokkenheid onderwijsveld faciliteren

De Onderwijsraad beveelt de Nederlandse regering aan het onderwijsveld actief te betrekken bij de Nederlandse strategische agenda. Zij zou mechanismen moeten creëren waarmee het ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap en het onderwijsveld kennis, ervaring, behoeften en wensen kunnen delen en in co-creatie de Nederlandse inbreng in Europese discussies af kunnen stemmen. Daarnaast ziet de Raad ook kansen om het onderwijsveld structureel te laten participeren in de vormgeving en uitvoering van Europees onderwijsbeleid. Nu al zit het onderwijsveld in allerlei Europese netwerken of expertgroepen, maar daar is niet altijd overkoepelend zicht op. De Nederlandse regering moet hierin een stimulerende en coördinerende rol innemen, zodat Nederlandse experts strategisch kunnen worden ingezet.

Context

De Onderwijsraad is al meer dan honderd jaar het onafhankelijke adviesorgaan voor onderwijsbeleid- en wetgeving voor  de regering en de Eerste en Tweede Kamer. Zij geeft gevraagde adviezen alsook adviezen uit eigen beweging. Het advies over Europa komt uit eigen beweging. Aanleiding is het aanstaande Nederlandse voorzitterschap van de Raad in 2029, die de kans biedt een cruciale rol te spelen in de vormgeving van Europese initiatieven en samenwerking op het terrein van onderwijs. De Onderwijsraad bracht al eerder advies uit over de invloed van Europa op het Nederlandse onderwijs in 2004. Zij constateert dat de invloed van Europa op het Nederlandse onderwijs sindsdien is toegenomen.